Sauteren

Sauteren is een kooktechniek die veel lijkt op roerbakken. Sauteren is een korte bereiding in de koekenpan met zo min mogelijk vetstof. Het product wordt in kleine, geproportioneerde stukken van gelijke grootte en dikte gebakken bij een temperatuur tussen 140 en 160 graden Celsius. Deze bereidingswijze zorgt ervoor dat het product in de pan in korte tijd de juiste gaarheid bereikt, aan de buitenkant zich een krokante korst vormt en een grillsmaak krijgt.

Sauteren wordt gedaan met plantaardige en dierlijke producten met een zachte of malse structuur. Plantaardige producten met een harde structuur zullen eerst moeten worden voorgegaard, zoals bij aardappelen. Vlees met veel en taai bindweefsel is voor deze kooktechniek ongeschikt. Om snel en gelijktijdig te kunnen garen, horen de producten op gelijke grootte gesneden te worden. Er wordt zo weinig mogelijk vetstof gebruikt, net genoeg om het product niet te laten vastkleven aan de pan.

Lees ook

  • Konfijten
    Konfijten is een oude conserveringstechniek. Er zijn twee manieren om te konfijten. Groenten en fruit worden geconserveerd door te konfijten met suiker. Vlees en gevogelt
  • Pocheren
    Pocheren is een kooktechniek waarbij voedsel in weinig vocht, bij een temperatuur van 80 graden Celsius, net iets onder het kookpunt, wordt gegaard. Tijdens het pocheren
  • Geleren
    Geleren is het bedekken van gerechten met een gelei. Het wordt gedaan om een product te beschermen tegen uitdroging, om een product te verfraaien of om producten te binde