Wijn

  1. Algemene tips
  2. Tips voor de keuze van wijn bij het uitgebreide diner
  3. Wijn proeven
  4. Lees ook

Wanneer je mensen uitnodigt voor een diner, komt er meestal wijn aan te pas. Heel veel mensen, ook Nederlanders, drinken graag een glas wijn bij de maaltijd. Sommigen doen dat zelfs dagelijks. Welke wijn je bij de maaltijd of het diner kiest, hangt allereerst af van je persoonlijke smaak.  Er zijn bepaalde richtlijnen voor het kiezen van de juiste wijn.  Het gerecht en de wijn moeten in een bepaalde harmonie zijn. In de wijnhandel kun je om advies vragen als je het menu weet. In de supermarkt kun je vaak informatie vinden aan de rekken van de wijnafdeling. Hieronder vind u wat handzame informatie die u kunt gebruiken voor wat meer gemak bij het kiezen uit de verschillende soorten wijnen.


Algemene tips

Bij een uitgebreid etentje waarbij je meerdere wijnen wilt serveren is het zaak om de juiste volgorde aan te houden: eenvoudige wijn schenk je voor de wat duurdere, exclusievere wijn. Jonge wijn schenk je voor de oude, rijpere wijn. Droge wijn serveer je voor de zoete wijn en de witte wijn gaat vooraf aan de rode wijn.  Bepaalde gerechten komen beter tot zijn recht met de juiste wijn erbij. Hier zijn richtlijnen voor die hieronder kort samengevat zijn. Het blijft uiteraard een kwestie van persoonlijke smaak.


Tips voor de keuze van wijn bij het uitgebreide diner

Voor het voorgerecht kies je het liefst een droge, niet al te zware wijn.  Ook bij soep kun je een lichte rode of witte wijn serveren. Als er vis of schaal- of schelpdieren op het menu staan, past hier een droge witte of een licht mousserende droge wijn bij. Een koude Alsace is een goede keuze bij mosselen bijvoorbeeld. Bij kip, varkensvlees of kalfsvlees is een stevige witte wijn (Bourgogne) of een lichte rode wijn (Beaujolais) of een droge rosé een goede begeleider. De categorie rood vlees, wild en gevogelte doen het goed bij een stevige rode wijn (Bordeaux of Bourgogne). Het kaasplankje kan onderverdeeld worden in het soort kaas. Bij milde, jonge kaas past een lichte wijn. Bij pittige kaassoorten past een stevige rode of witte wijn en bij oude kaas is een portje erg lekker. Het dessert is eigenlijk niet zo lastig omdat er dessertwijnen verkocht worden.


Wijn proeven

Tot slot nog een kleine cursus wijnproeven voor de liefhebber. Schenk twee grote slokken wijn in een schoon glas. De kleur hoort helder te zijn. Houdt het glas schuin tegen het licht. De kleur zegt iets over de leeftijd van de wijn en soms ook iets over de kwaliteit. Kort gezegd kun je stellen: hoe jonger de wijn, des te paarser de kleur, hoe ouder de wijn des te bruiner de rode kleur. Een bleekwitte, bijna kleurloze wijn duidt meestal op een droge, friszure smaak. Is de wijn goudkleuriger en geler, dan smaakt hij vaak wat voller en krachtiger. Laat nu de wijn even voorzichtig ‘walsen’ in het glas: kijk hoe de wijn langs de binnenkant van je glas terugloopt oftewel hoe de ‘tranen’ wegzakken. Hoe langzamer dat gebeurt, hoe stroperiger de wijn is. Je kunt de wijn nu gaan ruiken door je neus in het glas te steken en een paar seconden het aroma hiermee op te vangen. Laat de geur op je inwerken en stel voor jezelf vast wat je er van vindt. Neem dan een grote slok en laat de wijn even in je mond rondgaan. Behalve de smaak laat de wijn ook een gevoel achter in de mond. Dat wordt omschreven als rond, filmend, strak of stroef. Klaar met proeven? Dan wordt het slikken of spugen. Je hoeft bij beoordeling van de wijn niet deze niet door te slikken.


Lees ook